Wethouder Jos Last voelt zich als een vis in het water

Jos Last gaat elke dag fluitend naar zijn werk en voelt zich als wethouder van de gemeente Gulpen-Wittem als een vis in het water. Als opgegroeid Maastrichtenaar moet dat vreemd aan voelen, of toch niet?

“Als ik in mijn Maastrichtse kennissenkring meld dat ik in Mechelen woon en van daaruit opereer als wethouder van de gemeente, word ik ongeloofwaardig aangestaard. Je gaat toch niet in een dorp wonen en werken, als je van Maastricht bent”, is zo’n beetje de teneur geeft hij toe. Jos Last, 63 lentes jong intussen, heeft er zo zijn eigen verklaring voor om zich happy in ’zijn’ gemeente te voelen.

Na een opleiding Techniek, Weg- en Waterbouw in Heerlen, werkte hij achtereenvolgens in de wegenbouw en als ambtenaar met die specialiteit in de gemeenten Meerssen en Nuth. Als zodanig deed hij veel ervaring, wijsheid en kunde op. Ook groeide zijn affiniteit met het politieke doen en laten. Vijftien jaar geleden streek hij neer in Mechelen. Een bewuste keuze. Last is namelijk verzot op wandelen in het vijfsterrenlandschap van Mechelen en omgeving. Hij zocht in die streek vervolgens naarstig naar een woonplek, waar het verenigingsleven en de onderlinge saamhorigheid nog zichtbaar aanwezig waren. Bovendien moest die nieuwe woonstek hem ruimte verschaffen om een ietwat uit de hand gelopen hobby om aan oude auto’s te sleutelen, te kunnen uitoefenen. In Mechelen vond hij een pand dat hem op het lijf geschreven leek. Hij was op slag verkocht en hapte acuut toe. “En hier stond op zekere dag Marion Mordang voor mijn huisdeur. Zij was fractieleider van Balans. Ik had namelijk een brief aan die fractie geschreven over een fietspadenplan waar die partij mee bezig was. De stap naar het lidmaatschap van die fractie was daarna bijna een vanzelfsprekendheid”, verklaart hij de opstart van zijn politieke carrière die in 2018 zelfs tot de wethouderspost leidde.

Het college waartoe hij behoorde had te kampen met de gevolgen van de afsplitsing van fractie van der Laan. Intussen weet iedereen dat de coalitie geen meerderheid meer had in de gemeenteraad toen Ineke van der Laan fractie PRO verliet. Dat leidde uiteindelijk tot het vertrek van de wethouders Marion van der Kleij en Guido Houben. “Maar binnen het college hebben we prima kunnen samenwerken en kreeg iedereen de ruimte om naar eigen inzicht te handelen en voorstellen te lanceren,” aldus Jos Last. Doordat de coalitie geen meerderheid meer had, werd het moeilijk om in de raad voldoende draagvlak te vinden voor de collegevoorstellen. Dat was een reden voor de politieke partijen om te streven naar coalitie-uitbreiding.

“In dat proces stonden wij als college aan de zijlijn, al werden we wel als fractielid op de hoogte gehouden van de ontwikkelingen. De raad heeft daarna de keuze gemaakt om een ander college te formeren. Als wethouders hebben we dat raadsbesluit vervolgens te accepteren en uit te voeren”, schildert Jos Last zijn visie op de situatie, welke voor hem geen vervelende vertrekconsequentie had. Met dezelfde animo als voorheen, werkt hij daarom door aan het realiseren van de hoofdpunten uit zijn lijvige dossier. Als allereerste noemt hij het geven van een definitieve bestemming aan het voormalige Sophianum-gebouw in Nijswiller en daaraan wel of niet gekoppeld de realisatie van een gemeenschapsruimte voor die dorpskern. Er zijn al heel wat opties de revue gepasseerd, maar Jos Last wil nu echt doorpakken en liefst op zo kort mogelijke termijn.

Hoog op zijn verlanglijstje staat ook de aanpak van de schoolhuisroute tussen de kerkdorpen Nijswiller en Wahlwiller, richting Mechelen. Hij denkt daarbij aan het tot stand komen van een verkeerslichtinstallatie bij de provinciale weg in de kern Wahlwiller, de verbetering van de splitsing nabij het kapelletje op de hoek Capucijnen-weg- Partijerweg-Pastoor Ruttenstraat en de verandering van de driesprong Hilleshagerweg- Pastoor Ruttenstraat-Hoofdstraat in Mechelen. Bovendien zou de wethouder het fantastisch vinden als er nog tijdens zijn ambtstermijn zicht zou komen op het bouwen van een breed gedragen nieuwe boerderij Vonken in Trintelen. “Ik weet dat hier divers over gedacht wordt en dat de nodige scepsis heerst, maar toch vind ik het de moeite waard om mijn nek daarvoor uit te steken. Eeuwen geleden had de bouw van een carréboerderij in onze contreien ook grote invloed op het landschap. Nu kijken we daar reikhalzend naar uit, willen we die graag voor het nageslacht bewaren en verklaren het tot monument. Is het dan niet mogelijk anno 2020 ook een innovatief gebouw in de vorm van een in dit landschap passende boerderij neer te zetten,waarvoor men over 200 jaar ook eenzelfde bewondering heeft?”, mijmert hij over dit dossierstuk. Voor hemzelf, dan wel zijn opvolger, rest nog de reconstructie van de parkeerplaats bij klooster Wittem. Hij zinspeelt daarbij op een realisatie rond 2022-2023. Ook zorgen vullen het hoofd van de wethouder. Zo piekert hij over de stijgende kosten voor verwerking van de afvalstoffen. Hij is van mening dat we allemaal het slachtoffer gaan worden van het vele afval. Door het prima scheiden van de afvalstoffen is het aanbod daarvan namelijk hoger geworden en dientengevolge worden ook de ver- werkingsprijzen omhoog geschroefd. Dat surplus aan kosten moet dan weer door de burgers worden opgehoest. Die zorg voelt echter niet als een ‘loden Last’. Het belet hem allerminst zijn wethouderswerk met volle overgave voort te zetten, getuige zijn hartenkreet: ‘

Elke dag hier te mogen werken is zalig!’.

- Advertentie -
Vorig artikel“Die van Engels, heel leuk en een beetje gek, op een goede manier, haha!” – Iris Schellings aan het woord
Volgend artikelRioolwerkzaamheden in Margraten

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in